
Gerrit-Jan is nog lang niet uitgerangeerd
Werkontwikkelbedrijf Ontplooj biedt werkgelegenheid aan zo’n 700 mensen in Almelo, Wierden, Twenterand, Dinkelland en Tubbergen. Een groot aantal werkt aan de Plesmanweg in Almelo, maar er zijn ook honderden Ontplooj medewerkers actief bij gerenommeerde bedrijven.
Gerrit-Jan kwam op zijn 52e bij Ontplooj terecht en voelde zich onmiddellijk als een vis in het water. Binnen twee jaar had hij een contract voor 36 uur te pakken. ‘Want ik moet gewoon elke dag wat te doen hebben.’
Gerrit-Jan is een bijzonder mens met een bijzonder geboorteverhaal. Hij kwam op de wereld in uitgaanspaleis Preston Palace (toen het nog het Irene ziekenhuis was). ‘Op de derde verdieping, op het liftplein, boven het kuiltje in de vloer. Als je er ooit komt, kijk maar. Het kuiltje is er nog altijd.’ Gerrit-Jan groeide op in Rijssen en mocht als jonge knaap stagelopen in een bedrijf dat zich bezighield met het spoelen van varkensdarmen. Vies werk en het stonk behoorlijk, maar toen al gaf de jonge Gerrit-Jan blijk van een geweldig arbeidsethos. Hij mopperde niet, maar deed zijn werk.
Na de stage kreeg hij in 1988 een baan bij een varkensslachterij in Holten en deed daar alle voorkomende werkzaamheden. ‘Van binnendrijven tot de koelcel’. Het was zwaar werk onder weinig aantrekkelijke omstandigheden. Hij verduidelijkt: ‘Ga maar na als je iedere keer een half varken moet ophangen aan zo’n kapstok.’ Al die tijd combineerde hij zijn werk ook nog met de zorg voor zijn moeder. Het zware werk bezorgde hem scheve rugwervels, maar hij bleef stug doorwerken tot het bedrijf in 2005 failliet ging.
Niet werken was toen al geen optie voor Gerrit-Jan. Toen de slachterij ‘omviel’, ging hij onmiddellijk op zoek naar ander werk. Een uitzendbureau strikte hem gauw en Gerrit-Jan maakte zich vervolgens jarenlang meer dan verdienstelijk in de bouw en bemachtigde daarna een baan als verkeersregelaar. Hij sjeesde door het hele land om verkeer in goede banen te leiden bij werkzaamheden en evenementen. Draaide zelfs een shift van 28 uur, omdat het van hem gevraagd werd. Ondanks die De kanjers van Ontplooj tomeloze inzet werd hem geen vast contract aangeboden en belandde hij in de ww. ‘Want werkgevers willen graag een joch van 16 met 30 jaar werkervaring.’
Uit de periode van werkloosheid kwam toch iets goeds voort. Want op advies van onder meer zijn schoonvader, informeerde Gerrit-Jan naar de mogelijkheden bij een sociale werkplaats. ‘Ik wilde graag werkzaamheden met een baangarantie zodat ik niet iedere keer weer op zoek moet.’ Via het UWV belandde Gerrit-Jan bij Ontplooj. Daar begon hij zoals iedereen op de afdeling Talentontwikkeling. ‘Ik voelde me direct op mijn plek. Ik kwam zelfs een paar oude klasgenoten tegen. Mijn vrouw zegt ook: ‘Je bent veel rustiger geworden. Dat komt vooral omdat de zorg om werk weg is.’
Op die afdeling Talentontwikkeling deed Gerrit-Jan in- en ompakwerk, maar hij gaf intussen zijn ogen de kost. Hij zag dat er leuk technisch werk werd gedaan op een andere afdeling, trok de stoute schoenen aan en vroeg of hij dat ook mocht doen. Zoveel initiatief werd gewaardeerd, want in no time maakte Gerrit-Jan fraaie lichtbalken voor campers, aanhangers en fietsendragers. Daar bleef het niet bij, Ontplooj bood hem vervolgens ook een baan aan als lasser (detachering), daarna werkte hij bij een bedrijf dat winkelwagentjes bouwt en vervolgens promoveerde Gerrit-Jan naar Buca, een bedrijf dat voor een flink aantal klanten werkzaamheden uitvoert. Gerrit-Jan dekt voor Buca magneetstrippen af met plakband, een secuur werkje waarin hij goed is.
Teamleider Ruben Hooch Antink zag Gerrit-Jan opbloeien en prijst zijn inzet. ‘Gerrit-Jan weet van aanpakken, is niet uit het veld te slaan en brengt gezelligheid en humor mee. Het is een leuke kerel die ook nog eens nieuwe dingen wil leren.’ Die enorme drive van Gerrit-Jan werd door Ontplooj beloond met een arbeidscontract. In eerste instantie voor 32 uur. Maar waar de meeste mensen graag minder werken, drong Gerrit-Jan aan op meer uren. Hij kreeg dat ook voor elkaar. ‘Want ik wil gewoon elke dag wat te doen hebben en ik ben nog lang niet uitgerangeerd.’